MAGNUS
Arjen Lubach
Primaire gegevens
Arjen Lubach (1979)
Magnus
Amsterdam, 2011
319 pagina’s
Inhoud (samenvatting)
Merlijn Kaiser, toneel- en filmscenarioschrijver, is ontdaan omdat zijn jeugdliefde Caro hem een maand geleden heeft verlaten. Hij heeft sinds zijn jeugd epileptische aanvallen, waardoor hij soms enige tijd afwezig is en geen besef van tijd heeft.
Op een dag wordt hij gebeld door Frank Gerson van Mastercard, die informeert naar een uitzonderlijke creditcarduitgave: 1650 euro in een pretpark in Stockholm. Merlijn snapt er niets van, maar beaamt na enig aandringen dat hij die uitgave daar gedaan heeft. In een impuls boekt hij een retour Stockholm, om zich een beeld te vormen van waar en door wie zijn geld werd uitgegeven.
Hij komt een man op het spoor, hij blijkt Magnus Rosenqvist te heten en als fotograaf over de hele wereld te reizen. Merlijn doet zich voor als Walter, een Vlaams reisjournalist. Hij ziet Magnus betalen met zijn (Merlijns) creditcard. Merlijn belt de creditcardmaatschappij en geeft de fraude door zonder de naam van de fraudeur te noemen. Hij besluit terug te vliegen naar Nederland, maar ziet daar op het laatste moment van af: hij wil Magnus opsporen, wat lukt.
Merlijn besluit naar Uppsala te gaan om Cecilia, de dochter van Magnus, op te zoeken. Ze laat hem de stad zien. Ze kunnen het samen prima vinden. Als ze de volgende ochtend naast hem wakker wordt, geeft ze haar impressie van de vorige dag: 'Het was een goede dag voor een orgasme'. Merlijn vindt het een geweldige titel voor zijn toneelstuk, waar hij met hernieuwde inspiratie mee verdergaat.
Omdat de diefstal van zijn creditcard hem niet zint, besluit hij met Cecilia Magnus in Stockholm op te zoeken. Als hij op een onbewaakt ogenblik in Magnus' studeerkamer neust, ontdekt hij een doos waarop 'Genève' staat en die geheel gevuld is met (naakt)foto's van Caro. Merlijn wil direct weg. Als Cecilia er buiten op aandringt dat hij zegt wat er is, hij zegt dat hij gelogen heeft, Merlijn heet en haar vader door creditcardfraude geld van hem gestolen heeft. Cecilia begrijpt er niets van en rent in paniek weg.
Merlijn vraagt Caro in een sms om opheldering. Ze besluiten elkaar in Kopenhagen te ontmoeten. Daar vertelt Caro met grote moeite wat ze al die tijd voor Merlijn verzwegen heeft: dat ze als au pair in Genève bij het gezin Rosenqvist werkte en een relatie met Magnus kreeg. Hij werd steeds veeleisender, vervelender en jaloerser, zodat ze een einde aan de relatie maakte. Dat pikte hij niet. Ze werd ontslagen en ging terug naar Nederland. Daarna, toen zijn zaken slecht gingen, begon hij haar te chanteren: ze moest geld overmaken, anders zou hij haar naaktfoto's op internet zetten. Ze stuurde zelfs haar creditcard naar hem en toen die wegens onvoldoende saldo geblokkeerd werd, stuurde ze de (gezamenlijke) creditcard van Merlijn en haar.
Merlijn schrijft Cecilia een brief waarin hij zegt wie hij in werkelijkheid is, wat hij voor haar voelt en dat hij haar graag weer wil ontmoeten. Ze reageert niet, evenmin op een e-mail. Hij voltooit het toneelstuk ‘Een goede dag voor een orgasme’ en stuurt het naar de artistiek leider van De Toneeltuin. Die reageert later laaiend enthousiast.
Merlijn besluit naar Nederland te vliegen. Maar op de ochtend van zijn vertrek staat Cecilia plotseling voor de deur. Ze zegt dat ze heeft nagedacht, haar vader heeft geconfronteerd met de informatie van Merlijn, dat hij toen de hele boel bij elkaar heeft geschreeuwd, zij overstuur is weggerend, zijn Volvo heeft gestolen, naar Merlijn is gereden en per se met hem naar Genève wil, omdat hij dan het verleden zal begrijpen.
Hoewel zij geen rijbewijs heeft en hij vanwege zijn epilepsie niet mag rijden, gaan ze op weg, beurtelings rijdend. Door zijn absence krijgen ze een klein ongeluk, maar kunnen hun weg vervolgen.
Ze bezoeken het huis waar Caro als au pair werkte. Daarna gaan ze naar het chalet in de bergen, dat eens eigendom van Magnus was en waar ze vaak woonden.
Met Cecilia reist Merlijn naar Amsterdam. Op het nippertje halen ze de première van zijn toneelstuk. Tot zijn teleurstelling is de titel verkort tot ‘Een goede dag’ en wordt hij, na de succesvolle uitvoering, niet op het toneel geroepen.
Dan gaan ze naar zijn huis, waar ze tot hun verrassing Caro aantreffen. Caro en Cecilia begroeten elkaar allerhartelijkst. Merlijn moet even tot zichzelf komen, gaat naar buiten en begint doelloos te rennen. Hij struikelt, valt en krijgt een epileptische aanval.
DE VERDIEPING
Compositie en tijdsverloop
Er zijn drie delen, die, zoals bij een toneelstuk, 'Akten' worden genoemd. Vooral in de eerste twee Akten wordt de chronologie vaak onderbroken door flashbacks, met name naar Merlijns herinneringen aan Caro (vanaf zo'n tien jaar geleden, toen ze in 5 vwo zaten) en aan zijn jeugd.
Er zijn verschillende exacte tijdsaanduidingen, zoals:
1997: de schoolreis naar Florence
1998: eindexamen, Caro's vertrek naar Genève;
1999: Caro vervroegd terug.
Het verhaalheden is 2007-2008 en de vertelde tijd daarin moet ongeveer negen maanden zijn: in het eerste hoofdstuk is het lente, in het laatste hoofdstuk net voor de Kerst.
Overigens heeft de hoofdpersoon en ik-verteller door zijn absences weinig besef van tijd. Zo denkt hij dat Caro hem een maand geleden heeft verlaten, maar blijkt dit in werkelijkheid bijna een jaar te zijn, en verwijten zijn vrienden hem dat ze hem zo lang niet gezien hebben, terwijl hij denkt dat dit maar een korte tijd is.
Ruimte
Het verhaal speelt op meerdere plaatsen: Lutjegast (geboorteplaats Merlijn), Groningen (school), Amsterdam (studie, samenwonen met Caro), Stockholm (zoektocht naar fraudeur), Uppsala (Cecilia), Kopenhagen (gesprek Caro-Merlijn), Genève (Cecilia en Merlijn), Amsterdam (première). In een flashback spelen verder Milaan en Florence een rol (schoolreisje 5 vwo). Ook in dit opzicht is dus sprake van een driedeling: Nederland ' buitenland (Zweden, Denemarken, Zwitserland) ' Nederland.
De wijze van vertellen
Er is sprake van een ik-verteller (Merlijn), die achteraf en in de onvoltooid verleden tijd vertelt. Dat achteraf vertellen wordt duidelijk door opmerkingen als: 'Waar ze precies over hebben gepraat die avond weet ik niet meer' (p. 51) en 'Ik wist toen nog niet dat hij [Magnus] zo heette' (p. 107).
Opmerkelijk is het fragment op pagina 153-154, dat in de je-vorm staat. Merlijn 'praat' in dit fragment over een vrouwelijk personage, Cecilia, dat voordien als 'ze' werd aangeduid, en richt zich in dit fragment rechtstreeks in de je-vorm tot haar. ‘Je weet wie we waren. Je weet dat ik geen Walter heet.’ (p. 154)
Thema
Hoofdthema’s in deze roman zijn: epilepsie, identiteit en liefde
Personages
Merlijn Kaiser (circa 30) groeit beschermd op in een burgerlijk gezin. Hij vindt zichzelf als scholier onzeker, maar wordt door medeleerlingen gevat en origineel gevonden. Hij trekt op met een vast stel vrienden. Als hij met Caro gaat, laat hij de vriendschap verwateren. Hij schrijft filmscenario's, toneelstukken en bijdragen aan de Filosofie Scheurkalender.
Caro groeit op bij rijke ouders in een groot, oud huis en is gewend aan luxe. Ze is populair op school. Na haar studie gaat ze met succes werken als samensteller van tv-programma's.
Magnus Rosenqvist (circa 47) heeft als fotograaf veel gereisd en heeft overal gewoond, is een man met honderden verhalen die zichzelf graag hoort praten en indruk wil maken. Hij kan het niet verkroppen dat hij als fotograaf is uitgerangeerd, raakt failliet, drinkt veel en chanteert Caro. Hij klampt zich als een drenkeling vast aan zijn spirituele dochter, Cecilia. Zijn vrouw zit in een psychiatrische inrichting, iets wat Cecilia voor Merlijn verzwijgt.
Er is sprake van een opmerkelijke spiegeling: zoals de oudere Magnus verliefd wordt op de veel jongere Caro, wordt de oudere Merlijn spontaan verliefd op de veel jongere Cecilia. Beide mannen zien in de jonge vrouw hun muze of inspiratiebron. Voor de schrijver Merlijn om eindelijk een toneelstuk te schrijven waarin hij boven zichzelf uitstijgt, voor Magnus om zich als fotograaf te bewijzen.
Titel, ondertitel en motto
De romantitel verwijst naar een personage dat niet de hoofdpersoon van het boek is: Magnus Rosenqvist. In het Latijn betekent magnus: groot. Die kwalificatie is op hem van toepassing: hij doet zich graag groot voor, ook al is dat ten onrechte (omdat hij geen succes meer heeft als fotograaf).
Het boek heeft geen ondertitel
Het motto is een uitspraak van de Nederlandse fotograaf Erwin Olaf (1959):
'Soms ben ik in mijn eigen huis. Dan zit ik thuis, op mijn bank en dan denk ik: ik wil naar huis.'
Merlijn, hoofdpersoon van de roman, heeft dit gevoel van ontheemding, voelt zich een vreemdeling in zijn eigen omgeving.
De opdracht luidt: 'Voor Wendela-Hiba, die mijn dans wist te ontspringen'.
Keuzeopdracht
Schrijf een (fictief) krantenartikel over het boek
Zo fucking hetzelfde. Ik heb het ook wel eens. Dat alle tijd om mij heen doorgaat, maar mijn tijd stilstaat. Merlijn, de hoofdpersoon, heeft dit een maand lang. Althans, dat denkt hij…
Een belangrijke passage uit het nieuwe boek van Arjen Lubach, bekend van Zondag met Lubach. Hij bracht een maand geleden zijn boek ‘Magnus’ uit. Er gaan veel lovende recensies rond. Recensies als 'Een hoogtepunt in het oeuvre van Arjen Lubach' en 'Magnus is triest als het triest moet zijn, grappig, poëtisch, melancholiek, spannend, ontroerend en meeslepend. Magnus is magnifiek.' zijn toch echt wel recensies waar je als schrijver zijnde trots op mag zijn. Lubach heeft er niet voor niets nu al de publieksprijs van de Dioraphte Jongerenliteratuurprijs voor ontvangen. Zijn thriller 'IV' werd eerder al genomineerd voor De Gouden Strop en won de Crimezone Debuutprijs.
Als korte samenvatting waar het boek over gaat, vertelt Arjen: “Wanneer Merlijn Kaiser hoort dat er in een Zweeds pretpark vreemde uitgaven worden gedaan met zijn creditcard, besluit hij op onderzoek uit te gaan en hij boekt een vlucht naar Stockholm. In Amsterdam voelt hij zich al een tijdje niet meer thuis: zijn hart is gebroken sinds zijn grote liefde Caro hem verliet en het contact met zijn vrienden is verwaterd. Tijdens de roadtrip door Zweden doet Merlijn een bizarre ontdekking. Het blijkt dat hij zijn eigen verleden opnieuw moet leren kennen.”
“Ik ben er heel trots op en ik hoop dat mensen die mijn vorige romans kennen, zien dat het een ontwikkeling is. Je moet toch in een stijgende lijn schrijven, anders kun je er net zo goed mee ophouden. Ik heb zelf heel erg het idee dat dat gelukt is.” aldus Lubach.
Maak jouw eigen website met JouwWeb